2019 - Jesaja deel 2, aflevering 15: Jesaja 58 en 59

vrijdag 12 april

Jesaja 58:1-14  Oproep tot de Bekering aan Israël

1: Roep luidkeels om de God van weerhouding. Verhef uw stem als een sjofar en verkondig Mijn volk hun dwalingen en aan het huis van Jakob hun zonden.

God stuurt geen profeet om Israël tot bekering te bewegen. Het moet die stap zelf nemen. Heden zien we een pril begin daarvan, want steeds meer Joden keren terug naar het geloof der vaderen.

Jahweh spreekt over Mijn volk én het huis van Jakob. Mijn volk is in potentie het ware Israël. Zij dienen Jahweh, maar dwalen tevens (dwalingen), want zij kennen Jezus nog niet. Het huis van Jakob ziet op ongelovige Joden. In de Eindtijd zal een groot deel van het Joodse volk zich bij de Antichrist aansluiten (hun zonden) en verloren gaan. Beiden worden opgeroepen: Roep luidkeels om de God van weerhouding! Dat zal nodig zijn want als die dagen (De Grote Verdrukking) niet ingekort werden, zou er geen vlees behouden worden; maar ter wille van de uitverkorenen zullen die dagen ingekort worden (Mattheüs 24:22 HSV). Israël moet er echter wel om vragen.

2a: Want zij zoeken dag aan dag naar Mijn teken en vinden hun vreugde in de kennis van Mijn wegen, gelijk een heidenvolk dat rechtvaardigheid nastreeft en het rechtmatig oordeel van zijn God niet afwijst.

Jesaja beschrijft Joden, waaruit het ware Israël zal ontstaan; orthodoxe Joden. Toen de staat Israël werd uitgeroepen (1948) was dat slechts een paar procent van de bevolking. Echter, nu  (2019) hangt een groot deel het orthodoxe geloof aan. Zij kijken uit naar de Messias (zoeken naar Mijn teken), bestuderen de Tenach (vinden hun vreugde in de kennis van Mijn wegen), maar doen dat niet binnen het Verbond. Dat is er niet meer. God stelt deze gelovigen gelijk aan een heidenvolk. Zij streven rechtvaardigheid na zonder Christus en dat gaat niet! De intentie is juist; de weg niet!

2b: Zij verzoeken Mij mijn rechtmatig oordeel te rechtvaardigen bij het naderen van de Elohim. Zij zullen er weinig behagen in stellen.

Het orthodoxe Jodendom drijft op een cultuur van verdienste. Daarin wordt aan feestdagen, vasten en gedragsregels een buitenproportioneel gewicht toegekend. Dat bewerkt een overtuiging van: Wij dienen God op de juiste manier! En daarom betwisten zij Jahweh het recht om het rechtmatig oordeel (de oordelen) over hen af te roepen. De profetie geeft precies aan over welk tijdstip God spreekt, namelijk bij het naderen van de Elohim. Dat is: als de zeven aartsengelen naar de aarde gestuurd worden om de oordelen Gods te voltrekken (Openbaring 15:5-8 en 16:1).

3: Voor wie wordt er gevast, als u Onze kwelling van de ziel niet ziet en niets opmerkt? Zie, in uw vastendag vindt u welgevallen, maar alles wat u grieft zal uw onderdrukking zijn.

God klaagt Israël aan, want de feestdagen, vasten, de strikte toepassing van de wet en de ceremonies blijken tot kwelling van Onze ziel (van God) te leiden. Het is niet tot Gods eer! Want in al die zorg- vuldig nageleefde regels ontbreekt Christus. Hoe het wel moet, zegt vers 6 en 7.

Vers 3b ziet op De Grote Verdrukking. Want na drieënhalf jaar zal het verbond tussen de Antichrist en Israël verbroken worden en hij zal de Joden dwingen het beeld van het beest te aanbidden (de gruwel van de verwoesting; Mattheüs 24:15-22, Daniël 11:31, 12:11). Gelovige Joden zullen dat weigeren en daarom worden gedood, tenzij ze op tijd vluchten. De Joodse godsdienst zal verboden worden en het dagelijks offer beëindigd (Daniël 12:11). Zo worden de Joden getroffen in datgene wat zij het meest koesteren (wat u grieft): De wettische naleving van het Joodse geloof.

4: Zie, u vast om een geschil en vanwege ongezuurd brood en om met gebalde vuist de goddeloosheid neer te slaan. Uw vasten, zoals op die dag, is niet om uw stem in de hoge te doen horen, zoals met vasten zou moeten gebeuren.

Men veronderstelt dat met vasten Goddelijke bonuspunten verworven worden. Het feest van de ongezuurde broden (dat aansluit op Pesach) is het feest van het Sinaïtische Verbond. Echter, dat verbond is er niet meer. Pesach is vervuld in de kruisdood van Christus. Nu geldt 1 Korintiërs 5:6-8.

In het vasthouden aan het oude verbond kiest gelovig Israël een doodlopende weg en gebruikt het feestdagen, vasten, de strikte toepassing van de wet – kenmerken die mede door de traditie worden bepaald – als een gebalde vuist om de goddeloosheid neer te slaan. Wel, dat is gelukt. Israël dient de afgoden niet meer, maar daarmee is het een vormendienst geworden, waarin niet de geest van de wet werkzaam is, maar de letter van de wet. Daarom wordt die stem van Israël in de hoge (in de hemel) niet gehoord, zoals met vasten zou moeten gebeuren.

5: Ik koos een dag van verootmoediging voor de mens zijn ziel; om zijn hoofd te buigen als een riet. Ook zal hij een rouwgewaad en stof als ligplaats uitspreiden. Juist daarvoor zult u tot vasten oproepen en tot een dag die Jahweh welgevallig is.

Na de harde beschuldiging hiervoor, gaat God verder met spreken tot Israël. Hij legt uit, welke voorwaarden vervuld moeten worden om genade te vinden in Zijn ogen. Dat is een dag van verootmoediging. Dan zal Israël diep door het stof moeten gaan (om zijn hoofd te buigen als een riet. Ook zal hij een rouwgewaad en stof als ligplaats uitspreiden). Die boodschap zal niet geheel Israël bereiken, slechts een deel zal daaraan gehoor geven (die). Zacharia 12:9-14 spreekt erover.

6: Is dit niet het vasten dat Ik verkies: Om de ketenen van het onrecht los te maken, om de koorden van het juk te ontbinden en degenen die verdrukt worden te bevrijden en ieder juk te verbreken?

7: Is het niet om uw brood met de hongerige te delen en de armen en ontheemden onderdak te bieden? Als u een naakte ziet, dan zult u hem kleden en voor uw eigen vlees zult u zich niet verbergen.

De boodschap is duidelijk en behoeft geen nadere uitleg. Wat we hier lezen is de gezindheid van Christus. Die staat in schril contrast met het wetticisme dat in vers 2-3 wordt beschreven.

8: Dan zal uw licht als de dageraad doorbreken en uw genezing zal snel intreden. Ook zal uw gerechtigheid voor uw aangezicht wandelen; de glorie van Jahweh zal u samenbrengen.

Dat licht is de dageraad van Gods verlossing (Jesaja 8:20) en dan breekt het Messiaanse Rijk aan.

Gerechtigheid die voor uw aangezicht wandelt? De tekst suggereert dat gerechtigheid een persoon is en dat klopt, want daarmee wordt op Jezus Christus gedoeld. Dan zal ook de Sjechina (of glorie) van Jahweh terugkeren in de nieuwe tempel te Jeruzalem, het centrum van de wereld. Dat is de plaats waar alle Israëlieten dan heen zullen gaan, als Jahweh hen roept (samenbrengen).

9: Op het moment dat u roept, zal Jahweh antwoorden. U zult om hulp schreeuwen en Hij zal zeggen: Zie, Ik ben er. Welke zal uitgeschud worden uit uw midden? Het juk van de beschuldigende vinger en kwaadsprekerij – 

10: of u die zichzelf inzet ten behoeve van de hongerige en het bestaan van de verdrukte verzadigt? Dan zal uw licht opgaan in de donkerte en uw duisternis als het middaguur zijn.

Dat roepen vinden we in Zacharia 12:9-14 en Micha 7:18-20 (Grondtekst) beschreven. Als het volk Israël in ootmoed tot Jahweh roept, dan zegt Hij: Zie, Ik ben er. Echter – we zeiden het al eerder – niet het gehele volk Israël komt tot bekering. Alleen dat deel dat geweigerd heeft om het beeld van het beest te aanbidden. Het zondige deel heeft voor de Antichrist gekozen en zich aldus aan Satan overgeleverd. Daarmee is het de vijand geworden van dat deel van het volk Israël dat God niet wil verloochenen. Zij zullen hun broeders en zusters dan ook verraden aan de Antichrist en aanklagen (de beschuldigende vinger en kwaadsprekerij).

Hoe anders is het volksdeel, dat God blijft dienen – dus het ware Israël. Zij zetten zichzelf in ten

behoeve van de hongerige en de verdrukte. Zij zijn het ook die Jahweh (aan)roepen en Jahweh

antwoordt dan en grijpt persoonlijk in en daarmee is de verlossing aanstaande. En zo zal voor hen een licht opgaan in de donkerte en de duisternis van hun bestaan zal verlicht worden als door de zon op het middaguur.

11: Jahweh zal u altijd leiden en uw leven verzadigen in dorre streken en uw beenderen versterken. Dan zal het tot een goed bewaterde tuin worden, vanwege een waterbron waaraan nooit water mankeert.

Dan zal God de Israëlieten leiden, hun leven verzadigen en Kanaän tot een lusthof maken.

Voor vers 12-14 en een uitgebreidere uitleg van Jesaja 58 verwijzen we naar: Weerd, De Profeet Jesaja 2.

________________________________________________________________________________________________________

Jesaja 59 bestaat uit drie onderdelen. Ter wille van de tijd moeten we vers 1-7 helaas laten vallen.

Jesaja 59:8-14 Het Ware Israël Belijdt Schuld

9: Het is in rechte dat het rechtmatig oordeel ver van ons gescheiden is en gerechtigheid ons niet bereikt. Wij wachten op het licht, maar zie toch, slechts duisternis in plaats van haar schittering; wij wandelen als in dikke mist.

Het berouw van Israël begint met erkenning van schuld. Het ware Israël hunkert naar gerechtigheid, maar die is ver weg. Zij zien uit naar het licht, maar zitten in de diepste duisternis (= De Grote Verdrukking). Er lijkt geen uitzicht op redding. Opvallend is dat Jesaja van haar schittering spreekt. Waarschijnlijk wijst dat op Jeruzalem, want daar zal de victorie van God beginnen.

10: Wij tasten als blinden langs een muur, ja wij tasten rond alsof we geen ogen hebben. Wij struikelen op het midden van de dag alsof het schemerdonker is. Te midden van bruisend leven zijn wij als doden. 

11: Wij allen rouwden luid, maar steeds leugenachtig en wij morden voortdurend als duiven. Wij zagen uit naar het rechtmatig oordeel, maar er was geen verlossing; zij is ver weg, van ons afgescheiden.

12: Immers onze overtredingen zijn velen jegens U en onze zonden getuigen tegen ons. Want onze overtredingen kleven ons aan en wij erkennen onze ongerechtigheden:

13: (te weten): overtreding en leugenachtigheid tegen Jahweh; afkerig zijn van het volgen van onze Godheid; spreken van verdrukking, maar gaan zwanger van afvalligheid en het harteloos morren van leugenachtige beweringen.

De profetie spreekt van radeloze mensen. Want voor de Godgetrouwen zal De Grote Verdrukking een vreselijke tijd zijn; vooral de tweede helft, als het beeld van het beest wordt opgericht dat een ieder moet aanbidden op straffe des doods. Gelovigen zullen zich verbergen om niet gedood te worden. Zij staan buiten de maatschappij (Te midden van bruisend leven zijn wij als doden), want zij missen het teken van het beest (Openbaring 13:16-17). Ze kunnen niet kopen noch verkopen, geen openbaar vervoer, geen AOW, geen ziekteverzekering, geen vaste woonplaats. Toch klinkt er oprecht berouw (wij erkennen onze ongerechtigheden – Micha 7:9 HSV: De toorn van de HEER zal ik dragen – Ik weet, Ik heb tegen Hem gezondigd) en worden de eigen zonden beleden.

14: Ja het rechtmatig oordeel is teruggetreden en de gerechtigheid bevindt zich ver weg. Want de waarheid struikelt in de straten en er is niemand in staat daar tegenop te treden.

Als de wereld het teken van het beest aanvaardt, blokkeert dat het menselijk geweten (Openbaring 13:16-18). Daarmee verdwijnt het rechtmatig oordeel. Als direct gevolg gaat de gerechtigheid ver weg; die verdwijnt dus. Daarom profeteert Jesaja: de waarheid struikelt in de straten. Er is geen macht ten goede meer. Niemand kan dat satanische kwaad bestrijden dan God alleen.

Jesaja 59:15-21 Jahweh Antwoordt en Stuurt de Verlosser

En als Israël schuld belijdt en zich bekeerd vs10-13 keert de Hoogheilige zich tot zijn volk Israël en neemt notie van hun lijden. Jahweh ziet dat de gelovigen – zijn kinderen – vogelvrij verklaard zijn en overal ter wereld worden vervolgd en afgeslacht. De wereld is dan Gods vijand geworden en daarmee wordt het Noachitische Verbond verbroken en het oordeel afgeroepen.

16: En Hij zag dat er niemand was (en dat ontzette Hem) die niet getroffen werd. Toen bracht Zijn arm redding ten behoeve van Hem en alleen Zijn Gerechtigheid ondersteunde Hem.

Met de constatering dat elke gelovige, waar ook ter wereld, vervolgd wordt en dat daarmee de dreiging opdoemt dat wellicht al Gods dienaren zullen worden uitgeroeid, besluit Jahweh om in te grijpen. Hij zet Zijn arm in – symbool van macht. Dat zijn de aartsengelen en Jezus Christus.

17: Hij zal zich hullen in de wapenrusting van gerechtigheid en de helm van het heil op zijn hoofd zetten. Dan zal Hij zich bekleden met een kleed van wraak dat tot beschaming leidt        en die Hem omgeven zal als een mantel van hartstocht.

De Gerechtigheid vs16 van God, in de persoon van Jezus Christus, wordt gehuld in een wapenrusting van gerechtigheid en heil en bekleed met wraak. Dat is oordeel en heil die door God in één hand worden gelegd. Dat betreft geen gewone wraak. Hier is sprake van bloedwraak in rechte die voort-vloeit uit het rechtmatig oordeel van Jahweh. Want wie de zijde van Satan kiest, laadt een zo grote schuld op zich dat die alleen in bloed betaald kan worden.  De keuze is dus: of het bloed van Christus of eigen bloed. De schuld moet betaald worden.

18: Hij zal op basis van volledige compensatie de Shalom brengen, brandende toorn jegens Zijn tegenstander en vergelding aangaande zijn vijanden. Ook ten behoeve van de kustlanden zal Hij de Shalom opleggen.

De schuld van een vijandige wereld kan op twee manieren verzoend worden. De goddelijke weg is die van het bloed van Christus. Indien Hij afgewezen wordt, bv. door volgelingen van de Antichrist,  wordt de schuld gelost met bloed van de dader zelf. In beide gevallen wordt volledige compensatie geëist. De toepassing van het rechtmatig oordeel is dus een proces van ‘rechtzetting’. Dat houdt in dat de zondaars gestraft worden en dat de maatschappij onder de Shalom van Gods recht gebracht wordt. Het betreft dus niet alleen een wraakgericht (brandende toorn), maar ook vergelding.

19: Dan zal men met genegenheid de Naam van Jahweh in het westen vrezen en vanwaar de zon opkomt heel Zijn glorie koesteren. Want Hij zal komen als een hoog opgestuwde vloed. De Geest van Jahweh zal het doen voortstuwen.

Heel de wereld zal onder de controle van de Messias (Hij) gebracht worden. Dat zal snel gaan, als een hoog opgestuwde vloed in een wadi na een zware regenbui.

20: De Losser zal ten behoeve van Sion komen en voor hen die zich afkeren van de zonden vanJakob – spreekt Jahweh.

Jezus komt als koning van het Messiaanse Rijk, maar ook als Losser. Dat duidt in eerste instantie op de resterende bevolking van Kanaän. Zij hebben berouw getoond en ontvangen vergeving van zonden. En zo wordt een nieuw verbond mogelijk – Berit Olam – het Eeuwige Verbond.

Maar, niet alleen de bevolking moet gereinigd worden van de zonde, ook de stad Jeruzalem, die bezoedeld is door het goddeloze bewind van de Antichrist. Ook dat doet de Losser.

21: En Ik ben het die Mijn verbond tot hen doet naderen, zo spreekt Jahweh. Mijn Geest zal op u zijn en Mijn woorden zal Ik in uw mond leggen. Zij zullen niet van uw mond wijken, of van de mond van uw kinderen, noch van de mond van de afstammelingen van uw kinderen van nu af aan tot het einde der tijden – zo spreekt Jahweh.

Met het koningschap van Jezus Christus wordt dus een nieuw verbond aangegaan: Berit Olam. Dat is geen verbond tussen twee partners, zoals het Sinaïtische Verbond. Het nieuwe verbond is een eenzijdig verbond dat door God zelf wordt opgelegd. Ezechiël 16:60-63 spreekt daarover.

Geweten, het Laatste ‘Lijntje’ met God

Er bestaat een universeel moreel kompas op deze wereld dat een rem zet op mogelijke ontsporingen van de mens. Dat is het geweten. Het is een goddelijk gen dat iedereen bij de conceptie ontvangt als  Jahweh haar/hem het leven schenkt. Het is een kracht ten goede die mensen beweegt om afstand te nemen van het kwaad. Aan de andere zijde is daar de invloed van Satan die een mens loskoppelt van dat morele kompas. Daarin is de glorie van het eigen ik de wegwijzer. Tussen die twee uitersten ligt een groot grijs gebied en daarin speelt de menselijke keuzevrijheid een hoofdrol. In heel dat grijze gebied is altijd de mogelijkheid tot bekering aanwezig. Echter, aan de zwarte kant is die deur definitief gesloten. Dat noemen we ‘overleveren aan Satan’ en daarvoor bestaat geen vergeving. De geschiedenis wemelt van mensen die de stap naar het kwaad hebben gezet: Hitler, Himmler, Stalin, Mao Zedong, Pol Pot, enz. Individuen die hun ziel inleverden bij Satan en tegen die gruwelijke prijs van hem grote macht ontvingen.

Verreweg de meeste mensen zijn, zonder dat zelf te weten, door dat morele kompas als met een dunne draad aan de Hoogheilige verbonden. En de eigenschap van God die dat bewerkt, noemt de Bijbel Mishpat; het rechtmatig oordeel.

In de tweede helft van De Grote Verdrukking zal een groot deel van de mensheid het teken van het beest ontvangen (Openbaring 13:16). Zij zullen het beeld van het beest aanbidden en zich overleveren aan Satan. Wie God niet wil verloochenen vlucht, duikt onder of wordt gedood (Openbaring 13:15). Met de keuze voor Satan wordt de dunne draad, die de niet-gelovige mens met God verbindt, door- gesneden (het rechtmatig oordeel is teruggetreden vs14a. De gerechtigheid die zijn oorsprong in Jahweh heeft, is dan ver weg. Als gevolg wordt deze wereld dan een hels oord, verdorven in al zijn geledingen (zie Micha 7:2-6). Daardoor wordt het Noachitische Verbond verbroken, wat één van de twee redenen is, waarom op dit moment het oordeel nog niet over de wereld afgeroepen wordt. En als Gemeente van Jezus Christus wordt weggenomen vervalt ook de tweede reden. Dan is er geen rechtvaardige op aarde meer over. Toch zullen velen daarna nog tot geloof komen. Echter, hun bekering komt te laat om dan nog aan De Grote Verdrukking te kunnen ontsnappen.

 

Terug naar overzicht
2019 - Jesaja deel 2, aflevering 15: Jesaja 58 en 59